Ik had een stuk geschreven. Een A4’tje, ergens in die buurt. Maar het was niet goed. Niet leuk, niet interessant, niet spannend, en het ging al helemaal nergens naartoe. En dus heb ik het weggegooid. Dat krijg je ervan, als je de grenzen opzoekt.

En dus ligt er weer een blanco pagina voor me. Nou ja, bij wijze van spreken. De vingeroefening is gedaan, dat is iets. Wat ik in elk geval kan doen, is alvast uitleggen wat het Prisoner’s dilemma is. Dan weten jullie dat vast.
Er waren eens twee gevangenen. Laten we ze Kim en Daan noemen. De politie vermoedt dat ze beiden betrokken waren bij een overval, maar heeft geen bewijs. Ze weten alleen dat ze allebei een wapen hadden. Kim en Daan zitten in verschillende cellen, en kunnen niet met elkaar communiceren. Als ze allebei hun mond houden, kan de politie ze alleen verboden wapenbezit ten laste leggen, en krijgen ze een jaar. Als ze allebei bekennen, heeft de politie wél bewijsmateriaal, en krijgen ze allebei vijf jaar. Als de één bekent terwijl de ander zwijgt, dan gaat degene die bekent vrijuit, terwijl de ander tien jaar de cel in gaat.
De vraag is: stel dat jij Kim bent, wat doe je dan? Het beste voor jou zou natuurlijk zijn dat jij bekent terwijl Daan zwijgt, want dan kom jij vrij. Maar om te beginnen is dat niet aantrekkelijk voor Daan, en bovendien kunnen jullie niet met elkaar overleggen. Het op-één-na-beste scenario is dat jullie allebei zwijgen, dan krijg je allebei één jaar cel. Maar nogmaals: je kunt niet overleggen. Het scenario dat je in elk geval wilt voorkomen is het scenario waarin jij zwijgt terwijl Daan bekent, want dan ga jij tien jaar de cel in. En dus kun je het beste bekennen. In het beste geval kom jij vrij, in het slechtste geval krijg je vijf jaar. Het scenario dat voor jullie beiden het beste is, vervalt omdat je geen afspraken kunt maken.
Ik ga eens goed nadenken hoe ik mijn verhaal verder nog aan jullie kan uitleggen. Stay tuned.
Geef een reactie